
In het kort… Wat is de Tibetaanse Mastiff?
De Tibetaanse Mastiff is een indrukwekkende bergachtige hond met een sterke persoonlijkheid. Hij is zeer loyaal naar zijn eigenaar, maar vaak terughoudend tegenover vreemden. Deze hond is een uitstekende waakhond, maar niet geschikt voor gezinnen met kinderen, vanwege zijn onvoorspelbaar gedrag. Hij moet vanaf jonge leeftijd met ervaring worden opgevoed, en heeft regelmatig borstelen nodig om zijn vacht gezond te houden. Hij heeft een robuuste gezondheid en is bestand tegen de elementen.
De geschiedenis van de Tibetaanse Mastiff
De oorsprong van de Tibetaanse Mastiff gaat terug tot de oudheid. Aristoteles noemde deze hond al in zijn geschriften. Later beschreef Marco Polo een hond die sterk leek op de Tibetaanse Mastiff tijdens zijn reis naar Azië. Traditioneel werd deze hond gebruikt als waakhond door de nomadische herders in de Himalaya. In 1847 kreeg koningin Victoria een Tibetaanse Mastiff, waarmee de hond voor het eerst Europa bereikte. Enkele decennia later bracht de prins van Wales twee Tibetaanse Mastiffs naar Engeland. De eerste nest werd geregistreerd in 1878 in de dierentuin van Berlijn.
Fysieke kenmerken
De Tibetaanse Mastiff heeft een indrukwekkende spier- en botstructuur. Zijn rug is recht en gespierd, terwijl zijn borstkas hoog is maar een gematigde breedte heeft. Zijn imposante hoofd heeft een breed en krachtig muil. Zijn oren zijn van gemiddelde grootte en driehoekig, en vallen naar beneden. Zijn ogen zijn van gemiddelde grootte en donkerbruin, wat hem een expressieve blik geeft.
Lengte
De teef is kleiner dan de reu, met een hoogte van 61 tot 68 cm tegenover 66 tot 71 cm voor de reu.
Gewicht
De Tibetaanse Mastiff weegt gemiddeld tussen de 64 en 82 kg.
Vachtkleuren
De vacht van de Tibetaanse Mastiff is meestal zwart, met of zonder roestbruin. Hij kan ook blauw of goudkleurig zijn, met of zonder fawn-markeringen.
Karakter en gedrag van de Tibetaanse Mastiff
Zoals eerder vermeld, is de Tibetaanse Mastiff een uitstekende waakhond die vaak terughoudend is tegenover vreemden. Deze wantrouwigheid moet niet lichtvaardig worden opgevat. Hij is geen knuffelhond, maar zal zijn familie altijd beschermen. Van nature loyaal, blijft hij diep verbonden met zijn eigenaar.
Hoe te trainen
De eigenaar moet al enige ervaring hebben met hondenopvoeding. De training moet vanaf jonge leeftijd beginnen, met vastberadenheid, maar altijd met zachtheid en zonder agressie. Het is essentieel om de hond goed te socialiseren en hem te laten wennen aan andere honden, mensen en dieren.
Ideale leefomstandigheden
Door zijn grote formaat zal de Tibetaanse Mastiff het gelukkigst zijn in een huis op het platteland met veel buitenruimte. Hij is niet geschikt voor gezinnen met kinderen vanwege zijn soms onvoorspelbare gedrag.
Gezondheid van de Tibetaanse Mastiff
De Tibetaanse Mastiff is over het algemeen een robuuste hond, maar kan vatbaar zijn voor bepaalde infecties, zoals epilepsie, demodicosis en oogziekten. Net als veel andere grote honden is hij ook gevoelig voor heupdysplasie.
Levensverwachting
De levensverwachting van de Tibetaanse Mastiff ligt tussen de 10 en 14 jaar.
Verzorging en hygiëne
De verzorging van de Tibetaanse Mastiff is niet ingewikkeld, maar zijn dikke vacht vereist regelmatig onderhoud. Het wordt aanbevolen om de vacht wekelijks volledig te borstelen om deze zacht en gezond te houden. Zoals bij alle honden, is het belangrijk om regelmatig de ogen, oren en tanden te controleren en het vaccinatieboekje up-to-date te houden.
Wanneer overgaan van puppyvoer naar volwassen hondenvoer
De overgang naar volwassen hondenvoer moet plaatsvinden in het laatste derde van de groei, dus tussen de 15 en 18 maanden voor de Tibetaanse Mastiff. Wat betreft zijn voeding, moet deze evenwichtig en gezond zijn, met een belangrijk eiwitgehalte dat overeenkomt met zijn energiebehoeften. Wij raden aan hondenvoer met een hoog vleesgehalte. Als je je hond niet genoeg kunt laten bewegen, kun je licht voer geven, aangezien hij de neiging heeft om aan te komen.